Piepjestest
- Evita
- 9 mrt 2020
- 2 minuten om te lezen
Toen ik in de brugklas zat en de eerste keer de "piepjestest", ook wel de shuttle run test, moest rennen op de middelbare school, ging het niet zo goed. Zo nu en dan hadden we het geoefend op de basisschool, om je een beetje voor te bereiden. En als dertienjarige begon ik met volle energie aan de piepjestest.
Zoals veel bruggers, begon ik te snel en moest ik langzamer (bij trap 1 en 2). Maar het loopt snel op en rond trap 3 werden er al mensen moe. Ik was daar al redelijk aan het rennen en kan me herinneren dat ik het bij trap 4 ook echt wel gezien had. Rond trap 5 of 5,5 ben ik gestopt. Ik liep naar de kleedkamer en zakte in. Voelde mezelf zo misselijk en duizelig worden. Vriendinnen van me kwamen achter mij aan en samen even langs de balie gegaan, waar ook de EHBO zich bevind. Ik werd heel bleek en ligt in mijn hoofd, iedereen om me heen werd bezorgd, er werd naar mijn moeder gebeld en ze voerden me suiker. Zulke zoete limonade gedronken, maar op dat moment had ik het zo nodig, dat het lekker werd. Mijn broodje van die middag kwam er ook zo een beetje uit en later ging het weer beter.
Behalve mentaal, door die misselijkheid en het gevoel dat je bijna flauwvalt, was ik een beetje bang geworden voor de piepjestest. Ook voor hardlopen met school. Want dan push ik mezelf te veel, ik luister niet meer naar mijn lichaam en ga gewoon door, tot ik erbij neer val (bijna letterlijk). Maar ja, elk jaar toch weer die verdomde piepjestest...
Ik bereidde me beter voor, zorgde dat ik goed at en dronk voor gym, het liefst ook nog goede nachtrust, maar dat lukte niet altijd door de zenuwen. Elke week hoopte ik stiekem weer dat het een week verplaatst werd. De zenuwen voor de lessen voor gym, diezelfde dag, waren dan ook niet normaal. Terwijl het ging om rondjes rennen!
Ondanks de zenuwen, rende ik hem elk jaar en ben er gewoon levend uitgekomen. Sterker nog, in de onderbouw was ik soms nog wel misselijk, maar in de bovenbouw trok dat ook weg. Ik kon steeds en steeds meer aan. Ging van trap 6 naar 7 en voelde me na gym ook steeds beter.
Het leukste hiervan vond ik dat iedereen, echt iedereen, mijn hele leven heeft gezegd: dat dansen, maar vooral paardrijden, 'toch geen sport is'. Ik zal geen conditie hebben en dat beetje wat ik had, dat zal ook niet beter/meer worden.
Totdat ik, in mijn laatste jaar, voor de laatste keer de piepjestest rende. Geen extra trainingen gehad, niet ben gaan hardlopen, alleen maar dansen en paardrijden. En trap 9 heb gehaald op 9 maart. Nog steeds zo trots op, dat ik elke 9 maart mezelf een extra schouderklopje geef.
Comments